“Ik waardeer mijn vrije tijd meer doordat ik nog werk”

“Ik waardeer mijn vrije tijd meer doordat ik nog werk”

In de spits op de tram wachten samen met andere mensen die net van kantoor komen. Maria (68) vindt het heerlijk. Als ze na een werkdag tussen al die mensen in pak staat, dan heeft ze het gevoel dat ze als werkende gepensioneerde nog meedoet.

Daarbij denkt ze dat haar pensioen veel leuker is doordat ze nog een aantal uur in de week werkt. “Ik vind het niet leuk om zeven dagen per week vrij te zijn. Als ik werk dan benut ik de momenten dat ik vrij ben.” Op één van die vrije dagen vertelt ze hoe ze via cursussen en vrijwilligerswerk weer bij een betaalde baan terechtkwam

Toen de huizenmarkt in 2008 in elkaar zakte als gevolg van de economische crisis was dat geen goed nieuws voor de destijds zestigjarige Maria. Ze was werkzaam bij een notariskantoor dat gespecialiseerd was in nieuwbouw. Door de crisis kwam er opeens een stuk minder werk binnen bij het notariskantoor doordat nieuwbouwprojecten stil lagen en er dus ook minder huizen werden verkocht. “Ik werkte daar met plezier”, vertelt Maria die ruim elf jaar in dienst was bij het kantoor. “Dus ik dacht: ik blijf hier tot mijn 65ste aan het werk, maar door de crisis kwam er een ontslaggolf en daar viel ik ook onder. Dat was een behoorlijke domper.”

Vrijwilligerswerk in plaats van werk

“Ik vond het vooral een klap omdat ik hou van bezig zijn. In het begin moest ik verplicht solliciteren, maar ik had een leeftijd waarop het waarschijnlijk niet meer zou lukken om werk te vinden. Ja laten we reëel zijn”, zegt Maria lachend. “Als je ruim zestig bent dan is het echt heel moeilijk.

Daarom mocht ik ook zoveel uur in de week vrijwilligerswerk doen. Zo ben ik bij Humanitas terechtgekomen.” Maria gaat aan de slag bij Home-Start een project waarbij ouders worden ondersteund bij de opvoeding van hun kinderen. De vrijwilligers geven ouders ondersteuning, praktische hulp en een vriendschappelijk contact om te voorkomen dat alledaagse problemen uitgroeien tot langdurige problemen. “Een jaar ben je één keer per week bij iemand in huis. De gezinnen waarbij je helpt zijn heel verschillend.”

“Zo ben ik bij een jonge moeder gekomen die haar man verloren was en die het heel moeilijk vond, door haar eigen verdriet, om haar twee kinderen troost te bieden. Maar ik heb ook bij allochtone gezinnen gezeten zoals een gezin uit Egypte. Daar ondersteunde ik de kinderen met taaloefeningen, maar ook de moeder deed dan mee. Dat was heel erg mooi werk om te doen. Een plezier. Vooral als je na zo’n jaar ziet hoe blij die mensen zijn en hoe ze weer verder kunnen.

In het begin denk je: wat doe ik nou helemaal? Maar je blijkt dan toch een belangrijke functie te hebben gehad binnen zo’n gezin. Zij leerden van mij, maar ik ook van hen. Dat Egyptische gezin was bijvoorbeeld een voorbeeld wat betreft integratie. Alle vooroordelen die er heersen werden door hen teniet gedaan. Ze waren orthodox qua religie, maar tevens erg ruimdenkend en wilden echt heel graag meedoen in onze samenleving.”

“Als vrijwilligerswerk kan, dan kan betaald werk ook”

“Op een gegeven moment vroeg ik aan de coördinator van Home-Start of ze niet iemand nodig hadden op kantoor”, vervolgt Maria. “Ik zei haar: “ik wil best nog een aantal uur vrijwilligerswerk erbij doen”. Toevallig ging er net een mevrouw weg, dus haar functie was beschikbaar. Dat kwam voor mij goed uit.

Ik heb dat werk met veel plezier gedaan samen met een jongere collega met wie ik heel goed klikte. Na een paar jaar dacht ik: als ik het leuk vind om als vrijwilliger te werken, dan kan ik misschien ook wel weer betaald werk vinden. Ik ben toen rond gaan kijken op het internet naar een kantoorbaan of iets. Toen kwam ik op een gegeven moment op een website die over fundraising ging. Daarbij benader je via de telefoon mensen voor goede doelen. Dat kan zijn om nieuwe donateurs te werven, maar ook om bestaande donateurs te vragen of ze iets meer kunnen geven.

Ik kwam dit tegen en dacht: ik ga bellen en informeren. Ik had van te voren niet gedacht dat dit in mij zat, dat ik dit zou kunnen. Maar meteen na de training en coaching dacht ik: dit vind ik best leuk om te doen. Inmiddels zit ik er alweer een hele tijd.”

Voldoening om donateurs te bellen

“Ik vind het altijd heel fijn om voor Artsen zonder Grenzen te bellen”, vertelt Maria. “Dat komt doordat het een doel is waar ik achter sta. Als je de verhalen hoort over waarom Artsen zonder Grenzen naar bepaalde gebieden gaat en ook nog dat mensen bereid zijn dat te doen met risico voor hun eigen leven, dan voelt het gerechtvaardigd om geld te vragen.

Want geld vragen is vooral in het begin moeilijk, maar wordt wel een stuk makkelijker als je beseft dat je dat niet voor jezelf doet. Het geeft voldoening dat je voor zo’n doel belt. Ik zou bijvoorbeeld geen groene stroom of stofzuigers via de telefoon willen verkopen. Ik zou het misschien wel kunnen, maar niet willen.”

“Het zijn vaak hele leuke gesprekken”, vervolgt Maria. “De gesprekken zijn het leukste aan het werk. Het is mooi als mensen precies kunnen uitleggen waarom ze bijvoorbeeld Artsen zonder Grenzen steunen. Ik heb weleens een arts aan de telefoon gehad en die zei: “alleen al vanuit mijn beroep heb ik affiniteit met dit doel”. En dan ontwikkelt zich vaak een heel leuk gesprek.

Maar soms is het ook behoorlijk heftig. Als je donateurs van het KWF belt voor een extra donatie, dan vraag je: “goh wat was voor u een belangrijke reden om ons te steunen?”. Dan hoor je “ik heb zelf kanker gehad” of “mijn kind is aan kanker overleden”. Om daar adequaat en met empathie op te reageren kan je niet geleerd worden, dat doe je vanuit jezelf.”

Als gepensioneerde in de spits

Over waarom Maria na haar pensioengerechtigde leeftijd nog aan het werk is vertelt ze: “ik vind het gewoon nog heel fijn om een baan te hebben en onder de mensen te zijn. Het geeft mij het gevoel dat ik nog meedoe als ik in het spitsuur op de tram sta te wachten met allemaal lui die ook van kantoor komen.

Daarbij vind ik het team waarmee ik werk ook leuk. We zijn met zowel jonge als oudere mensen. Er werken studenten, maar er is ook een man van begin tachtig. Hij werft geen donateurs zoals ik, maar onderhoudt contacten met mensen in een bepaalde leeftijdsgroep die deze vorm van aandacht als heel prettig ervaren. Dit werk is dus niet leeftijdsgebonden.

Al ben je heel oud en gerimpeld je kunt gewoon nog bellen met mensen. Ik denk zelfs dat je dit werk beter kunt doen als je wat ouder bent, omdat je dan wat meer levenservaring hebt en sommige doelen vereisen dat je je goed kan inleven. KWF kankerbestrijding is daar een goed voorbeeld van.”

“Ik vind het niet leuk om zeven dagen per week vrij te zijn. Het is niet dat ik mij verveel als ik thuis ben. Ik hou bijvoorbeeld van lezen, maar ik kan moeilijk iedere dag lezen. Dan blijf ik ook maar tussen deze vier muren. Als ik werk dan heb ik meer te vertellen dan als ik alleen maar boodschappen heb gedaan. Daarom wilde ik iets buiten de deur doen.

Ik denk dat het voor elke gepensioneerde belangrijk is om dingen te blijven doen en niet alleen maar thuis te zitten. Dat hoeft niet met werk te zijn, want ik kan mij voorstellen dat dat niet bij iedereen past, maar doe iets wat je leuk vindt.”

Volgens Maria waardeert ze haar vrije tijd meer doordat ze werkt. Daardoor voelt vrije tijd nog echt als vrije tijd, omdat haar pensionering niet één grote vakantie is. “Als je werkt dan benut je de momenten dat je vrij bent. Vrije tijd voelt als vrije tijd als het schaars is, dan is het extra genieten. ”

Krenten in de pap dankzij werk

Doordat het “moeten” van werken is weggevallen na haar pensionering, gaat werk voor Maria wel gepaard met veel meer vrijheid dan vroeger. Dat heeft deels ook te maken met het feit dat ze bij haar huidige werkgever zelf kan inplannen wanneer ze werkt.

“Ik werk altijd tussen de zestien en twintig uur per week, maar als ik het een enkele keer privé wat drukker heb dan werk ik die week wat minder. Dat je zelf je rooster kan indelen maakt dit werk zo ideaal. Daardoor kan ik werken als hij”, Maria wijst naar haar partner, “op maandag- en donderdagavond weg is voor zijn koor. Meestal probeer ik de vrijdag en woensdag vrij te houden, maar ik kan ook per week kijken wat er uitkomt en wat we die week samen willen doen.”

“Daarnaast is het heerlijk om wat extra te verdienen. Daardoor kan je wat makkelijker iets doen. Wij hebben bijvoorbeeld een zoon die in Aruba woont met zijn gezin en daar willen we sowieso één keer per jaar naartoe en misschien willen we wel meer reisjes doen. Het is wel heerlijk als je dat wat makkelijker kan.

Dat zijn de krenten in de pap en dat maakt het werken nog eens extra leuk.”