Langzamerhand hoor ik bij de ‘grijze golf’. U weet wel, ‘boomers’ die stinkend rijk zijn, met hun veel te dure camper maanden gaan overwinteren, eten in sterrenrestaurants en cruises maken langs Zuid-Amerika. Kennelijk heb ik iets fout gedaan in mijn leven. Maar de grijze golf bestaat ook uit mensen die verantwoordelijk zijn voor problemen.
Zo las ik vanmorgen in de krant dat wij verantwoordelijk zijn voor het groeiende huizentekort. Wij blijven maar zitten in onze veel te grote huizen, waardoor jonge mensen hopeloos lang bij hun ouders moeten blijven wonen. De stoom kwam uit mijn oren.
Een krap appartement langs de snelweg voor meer huur dan we nu betalen
Wij wonen inderdaad in een woning waar gemakkelijk een gezin met twee kinderen in zou kunnen wonen. (Niet dat ze dat willen: woningen die vrijkomen worden snuivend afgewezen. Veel te klein…) Daarom kregen we laatst een aanbod van de woningbouwvereniging: een krap appartement langs de snelweg met één slaapkamer voor meer huur dan we nu betalen. Wij zijn daar niet op ingegaan, gek hè?
Niet dat we verhuisplannen hebben, maar als er al een woning beschikbaar komt waar we naar toe zouden willen, dan is de kans buitengewoon groot dat we niet bovenaan de lijst komen. Ook al staan we al meer dan twintig jaar ingeschreven.
Een huis bestaat niet uit stenen, maar uit herinneringen
Mijn voormalige buurman hield ook in zijn eentje een hele woning met drie slaapkamers ‘bezet’. Hij wilde ook niet weg. Want als je zestig jaar in een woning hebt gewoond, er ingetrokken bent met je jonge bruid die je na veel jaren samen liefdevol verpleegd hebt tot ze overleed, dan bestaat het huis niet uit stenen maar uit herinneringen. Toen hij na een ongelukkige val in het ziekenhuis terecht kwam en hij niet meer naar huis terug kon, gaf hij de moed op. Hij heeft nog een week geleefd.
Ik denk aan onze eerste woning: een zomerhuisje waar je ’s winters weg vroor, maar met een prachtig bos eromheen. Ons eerste wandmeubel, gemaakt van zelf geschilderde sinaasappelkistjes. Een huisje waar we veel te veel voor moesten betalen, maar waar we heel gelukkig mee waren omdat we eindelijk een plekje voor onszelf hadden.
Het moet volledig af en ingericht zijn
En dan denk ik aan de jongeren van nu: het moet volledig af en ingericht zijn, met veel leefruimte, een garage en een tuin op het zuiden. Met tegels of kunstgras rond de buitenkeuken, want anders moet je er ook nog wat aan doen.
Slaapkamers waar voor de driejarige Isa al een tweepersoonsbed in moet passen. Een speelkamer, want je wilt niet struikelen over het speelgoed. Natuurlijk een nieuwe grote auto in de carport, want de garage wordt gebruikt als mancave. En vooral: we willen het nu!
Ach, misschien zie ik het zwart-wit. Misschien komt dat door het weer: dat is ook al zo grijs…