Mijn pensioen werd weer leuk doordat ik dingen ben gaan ondernemen

Mijn pensioen werd weer leuk doordat ik dingen ben gaan ondernemen

Peter Burghouts (68) is acht jaar met pensioen en heeft zijn hele leven gezeild, tot hij daar vier jaar geleden mee moest stoppen. Om geen afscheid van het zeemansleven te nemen, is hij nog steeds actief bij zijn oude jachthaven.

“Bijna mijn hele leven heb ik zeilboten gehad. Op mijn achttiende kreeg ik een ongeluk waardoor ik mijn linkerarm niet meer kon gebruiken. Een half jaar later, nadat ik in het ziekenhuis was hersteld, kreeg ik de eerste boot van mijn vader. Ik heb mijn boten altijd aangepast, zodat ik ze ook met één arm prima kon bedienen.”

Stoppen

“Mijn zoon deed altijd fanatiek mee. Met zijn vriendin hebben we veel zeereizen gemaakt. Op een gegeven moment kreeg hij andere hobby’s en had hij er niet meer zoveel interesse in. Het aanhouden van mijn boot werd moeilijker zonder zijn inbreng. Voor die reizen had ik meerdere bemanningsleden nodig. Daarna heb ik nog kort een klein bootje gehad, waarmee ik op de rivieren kon zeilen. Dat beviel niet, want ik was gewend aan het grote water.”

Jachthaven

“Intussen had ik met de Wageningse jachthaven waar mijn boot tien jaar had gelegen een sterke band gekregen. Daarom ben ik allerlei klusjes bij de haven blijven doen. Ook al heb ik hier geen belang meer, ik heb nog wel leuke contacten. Ik ben schilder bij de dinsdagploeg. Daarnaast houd ik ook de ledenadministratie bij, stuur ik de nieuwsbrieven rond, ben ik wel eens ingevallen als havenmeester en heb ik meegeschreven aan het lustrumboek.”

Kameraadschap

“Elke dinsdagmorgen komen we met een ploeg van ongeveer twaalf man samen in de kantine om de taken te verdelen. Na een bakje koffie en wat geouwehoer trekken we de overall aan en gaan we aan het werk. Daarbij voel ik soort kameraadschap. Er wordt veel gelachen. Soms wordt er gevloekt, maar dat heeft ook zijn charmes. De meesten hier hebben zelf een boot. Dat is meer dan een hobby. Mensen voelen zich verbonden met hun boot, omdat die karakter heeft. Dat gevoel delen wij.”

“Soms mis ik mijn boot nog wel. Voor de grote oversteken moest je ’s nachts doorvaren. Dat vond ik fantastisch, zeker tijdens mooie stille zomernachten. Als ik niet al te ver van het Nederlandse Wad voer, kon ik soms in de verte licht langs de wolken zien strijken van een vuurtoren die nog achter de horizon zat.”

Pensioen

“Voor mij was varen een goede afwisseling van mijn werk als economieleraar op een middelbare school in Zeist, dat ik dertig jaar heb gedaan. Lange tijd deed ik het met veel plezier, voor de klas staan vond ik erg leuk. Door veel gedoe was het einde erg onaangenaam. Daardoor vond het vreselijk om met pensioen te gaan. Op een gegeven moment werd het weer leuk omdat ik dingen ben gaan doen, zoals dit vrijwilligerswerk. Nu heb ik het uitstekend naar mijn zin.”

Tweemaster

“Eerst voer ik alleen op de rivieren nabij het Brabantse Heusden, waar ik ben opgegroeid. Jaren later kocht ik een kajuitzeiljachtje, waarmee ik ook naar het IJsselmeer en de Zeeuwse Plassen kon. De hobby van het zeilen op groot water groeide zo snel dat ik daarna een boot kocht waarmee ik de zee op kon. Ik wilde steeds mijn grenzen verleggen.

Uiteindelijk had ik een tweemaster. Daarmee heb ik grote zeereizen gemaakt: naar onder meer de Kanaaleilanden, Zweden, Engeland, Bretagne, Denemarken en de Noorse fjorden. Dat was de mooiste tijd.”