Wim Huisen (64) ging op zijn vijfenvijftigste met vervroegd pensioen. Hij is een fanatiek visser sinds hij op vierjarige leeftijd de kneepjes van het vak van zijn oom leerde.
“Mijn ouders waren geen vissers, ik heb het van mijn oom geleerd. Als klein jochie kwam ik bij hem thuis en dan stond er een hengel voor me klaar. Mijn oom liet de visite voor wat het was en ging samen met mij vissen in de Vaartse Rijn.”
Tweede carrière
“Op mijn vijfenvijftigste ging ik met vervroegd pensioen. Ik was machinist bij de Nederlandse Spoorwegen maar had geen zin om stil te gaan zitten. Ik volgde een aantal ICT-cursussen en heb daarna nog zes jaar bij KPN gewerkt. Tegenwoordig hou ik me bezig met fotografie, wandelingen door de natuur en is computeren nog steeds een hobby. Eén dag in de week ga ik vissen.”
Geen dag zonder vangst
“In het begin van mijn pensioen miste ik mijn werkzame leven. Mijn vrienden werkten nog en waren blij met een vrij weekend of vakantie, terwijl ik altijd vrij was. Toch is het ook een voordeel: ik kan op vakantie gaan wanneer ik wil. Ik moest wennen aan een andere manier van omgang met sociale contacten. Het kan heel gezellig zijn aan de waterkant, maar het gaat mij om vangen en de manier van vissen. De zwaarste vis die ik gevangen heb, was een karper van 43 pond. Als ik niets vang, dan kan mijn dag worden goedgemaakt door een zilverreiger of een andere zeldzame vogel. Wanneer ik die zie, heb ik ook een mooie dag.”
Oefening baart kunst
“Iedereen kan leren vissen, het begint met een goede winkelier. De basis wordt gelegd met de juiste spullen. Je kan het beste naar een echte hengelsportzaak gaan. Ik heb niks tegen dierenwinkels, maar bij een hengelsportzaak hebben ze de juiste kennis. Winkeliers hebben vaak goede tips en andere mensen aan de waterkant ook. De praktijk is de beste leerschool, je kunt niet leren vissen uit een boekje.”
Oud werkt ook
“Het gaat niet om de prijs van een hengel, want wat is duur? Ik heb hengels en molens uit de jaren zeventig die rond de vierhonderd gulden kostten. Daar vis ik nu nog steeds mee. Zo af en toe koop ik nog een visnet en rolletjes nylon, maar mijn laatste hengel schafte ik eind jaren tachtig aan. Soms denk ik er aan een nieuwe hengel te kopen, maar de hengels die ik nu heb, zien er nog goed uit. Waarom zou ik dan een nieuwe kopen?”
Lidmaatschap
“Om in de Nederlandse wateren te mogen vissen, moet je lid zijn van een vereniging. Ik zit zelf in het bestuur van de Algemene Utrechtse Hengelaars Vereniging. Als bestuurslid ben ik verantwoordelijk voor de controles op sportvisdocumenten. Met 22 controleurs en buitengewone opsporingsambtenaren houden we toezicht over de wateren van de AUHV. We werken regelmatig samen met de politie.”
Pluk de dag
“Vroeger stond ik voor dag en dauw op om te gaan vissen en liet ik me niet tegenhouden door regen of sneeuw. Tegenwoordig ben ik een mooi weer visser, ik ga niet meer voor de lol dagen in de regen zitten. Ik vis sinds mijn vierde levensjaar en het blijft leuk. Je hoeft niet ver weg te gaan, vlakbij mijn huis in Houten is ook genoeg vis te vangen (zie foto). Ik ben actief in de waterschapspartij ‘Water Natuurlijk’. Volgend jaar zijn er verkiezingen voor het bestuur van het waterschap waar ik graag aan mee wil doen. Ik ben gepensioneerd, maar nog lang niet uitgerangeerd!”
Tekst: Sophie Louise de Groot
Is vissen ook een grote hobby van jou? Reageer gerust op het interview op onze Facebookpagina.