Column: Overwinteren. Of toch niet?

Column: Overwinteren. Of toch niet?

Wim is op zoek gegaan naar dé definitie van overwinteren. Hoewel hij volop aan het genieten is van zijn vakantie (met hoofdletter G) blijkt hij toch niet geheel aan de voorwaarden te voldoen.

Column: Overwinteren. Of toch niet?

Ik zit op het strand. De zon verwarmt mijn gezicht. Een beetje wind blaast het voorjaar over me uit. Ik kijk uit over de zee. Zojuist hebben we een heerlijke strandwandeling gemaakt van een uurtje of drie. Het uitgestrekte strand doet me denken aan de weidse stranden van Zeeland of Terschelling. De zee is heel rustig. Ik geniet van de strandlopertjes met hun razendsnel bewegende pootjes. Hoe zouden die hier heten?

Ik kijk namelijk niet naar de Noordzee, maar naar de Atlantische Oceaan. Dit is niet Haamstede of West-Terschelling. Dit is de Algarve.

Hoewel de temperatuur en de kleur op mijn gezicht anders doen denken, is het nog lang geen voorjaar. Het is eind januari. Weer een voordeel van een pensionado: je hoeft geen verlof meer op te nemen en de periode af te stemmen met je collega’s om te gaan ‘overwinteren’ in Portugal.

Maar, is het wel overwinteren wat wij doen? Ik ben op internet gaan zoeken naar een definitie van overwinteren. Ik vond veel tekst en uitleg over het fenomeen overwinteren. Hoe lang moet de reis ten minste duren voordat je mag spreken van overwinteren? De website trekt de ondergrens bij vijf weken. Die norm sluit aan bij een onderzoek dat door de Nationale Hogeschool voor Toerisme en Verkeer is verricht.

Kortom, de definitie van overwinteren luidt: “Overwinteren is het voor je plezier in de winter gedurende meer dan vijf weken in warmere oorden verblijven zonder zich daar permanent te willen vestigen“.

Mijn teleurstelling is groot! Ik voldoe aan alle voorwaarden, behalve aan de juiste duur van het verblijf. Onze vakantie was een week te kort om in aanmerking te mogen komen voor de term ‘overwinteren’. Wat erg! (Smile) Volgens de definitie is het dus een ‘gewone’ vakantie in de winter. Maar wat was het heerlijk! Terwijl de kleinkinderen via WhatsApp foto’s stuurden van de sneeuwpoppen die ze hadden gemaakt, genoten wij van heerlijke voorjaarstemperaturen. Dit is “Het Grote Genieten!”

We zijn dus vier weken in Portugal geweest. We hadden een fly-drive geboekt, waarbij we 2 weken in Altura, in het vlakke oostelijke deel van de Algarve verbleven en daarna 2 weken bivakkeerden bij de bekende vakantieplaats Albufeira, aan de westkant van de Algarve.

In Altura is het heel erg stil. Je ziet er wel veel senioren, overwinteraars, maar de meeste (vakantie)huizen en appartementen, winkels en restaurantjes zijn dicht. Het lijkt wel een spookstad. “Ga uit eten in een zaakje waar je veel mensen ziet“, is een veelgebruikt zinnetje in reisgidsen, die we hier toe willen passen.

Alleen.., alles is óf dicht óf leeg in de avonduren. Alleen rond lunchtijd zie je op een aantal terrasjes mensen zitten. ’s Avonds bereiden we zelf maar iets op het 2-pits kookstelletje in ons simpele, maar keurige appartement. Een beetje behelpen heeft ook zo zijn charme.

De stilte zorgt er wel voor dat we loskomen van de drukke randstad en dat we heerlijk ontspannen. Het appartement ligt vlak bij de zee. Je kan hier eindeloos wandelen. Een goed uur lopen over het strand en je bent in Monte Gordo, met meer winkeltjes en restaurantjes. Meer toeristisch. We zien ook veel mensen fietsen. Deze omgeving is er erg geschikt voor. Wellicht kunnen we dat een volgend jaar ook doen, dit jaar hebben wij een auto tot onze beschikking. Bewust voor gekozen, om de hele Algarve te verkennen.

Het tweede deel van de vakantie brengen we door in Albufeira. We verblijven in een super-de-luxe appartement op de begane grond met alles erop en eraan. Behalve de vele keukenapparatuur een heerlijk zonnig terras met fijne ligstoelen. En hier zijn wel volop winkeltjes en restaurantjes. Ook ’s avonds. En zeer vriendelijk voor de portemonnee: voor 8 tot 10 euro eet je een compleet 4-gangenmenu inclusief drank naar keuze. Deze entourage past beter in het beeld wat wij hadden van de Algarve; dit lijkt veel meer op de verhalen van kennissen die al jaren hiernaartoe gaan.

We hebben echt genoten van onze vakantie. We hebben al met al zo’n 1200 km gereden. Van Kaap Sint-Vincent, de zuidwestelijke punt van het vasteland van Europa tot aan Castro Marim aan de rivier Guadiana, die de grens vormt met Spanje. Een prachtig mozaïek van zeer verschillende landschappen, pittoreske stadjes, forten en kastelen, uitgestrekte plantages met citrusfruit, amandelbloesem dat als juwelen aan de bomen hangt en mimosastruiken die uitbundig hun fraaie gele bloemen tonen in dit jaargetijde.

We gaan zeker terug. Het dilemma is alleen: waar en hoe lang? Kiezen we voor de rust en de vlakke ‘wandel- en fietskant’ aan de oostzijde of toch naar het meer toeristische westen met de schitterende rotspartijen en idyllische strandjes?

En misschien gaan we dan wel écht ‘overwinteren’ …!

Wim

Wil je reageren? Mail me via wimvermeij@casema.nl.

Over Wim