Eigenlijk ben ik nog net zo actief als op mijn twintigste

Eigenlijk ben ik nog net zo actief als op mijn twintigste

Toen het pensioen voor Willy Winters (67) in zicht kwam, besloot hij dat hij niet wilde stoppen met werken. In plaats daarvan begon hij een interieurzaak.

Toen de leeftijd van 65 in zicht kwam had Willy Winters (67) maar één vraag: “wat nu?”. Aangezien de inwoner van Almelo altijd had gezegd dat hij nooit stil zou gaan zitten, klonken de geraniums hem allerminst aantrekkelijk in de oren. Tijdens een vakantie op Bali kwam hij op het idee om na zijn pensioen een nieuwe uitdaging aan te gaan: hij wilde een woonwinkel beginnen om onder andere alle mooie spullen te verkopen die hij tijdens zijn reizen tegenkwam.

“Ik was even een koffie drinken met een andere ondernemer in de straat”, zegt Willy als hij zijn woonwinkel Shadé in Almelo binnen komt lopen. De voordeur van zijn zaak in het centrum van de stad stond open, dus ik heb mij in de tussentijd al even kunnen vergapen aan een levensgroot zwart-wit schilderij van een Keniaans uitziende man, meerdere boeddha-beelden en diverse zitmeubels in natuurlijke tinten. Langs een stel Marokkaanse lampjes loopt Willy naar een houten tafel achterin de zaak. Terwijl hij een kop thee en een bakje koffie zet, vertelt hij dat hij hier vaak met klanten zit. “Het komt wel voor dat mensen hier anderhalf uur zitten”, zegt hij lachend. En daarbij blijft het niet altijd bij koffie of thee. Soms wordt er ook een fles wijn opengetrokken.

“Ik werk om te leven”

Dat Willy momenteel de eigenaar is van een winkel vol met wereldse woonspullen is niet iets wat voor de hand ligt. De eerste dertig jaar van zijn werkende leven werkte hij in de gezondheidszorg. Hij had diverse functies in de psychiatrie en jeugdhulpverlening: van groepsleider tot directeur. “Maar op mijn vijftigste ben ik geswitcht”, vertelt Willy. “Toen had ik het wel gezien en wilde ik iets doen waarin mijn creatieve kant meer tot zijn recht zou komen. Ik ben toen met mijn vrouw gaan reizen en heb een opleiding tot binnenhuisarchitect en stylist gevolgd. Mensen om mij heen zeiden toen: “Ik snap niet dat je dat opgeeft”. Ik had een prachtige functie met daaraan gekoppeld een goed salaris en zekerheden, maar ik heb altijd gezegd: “ik werk om te leven en ik leef niet om te werken”. En als je van je hobby je werk kan maken, wat wil je dan nog meer?”

“Ik heb zo’n vijftien jaar als freelance binnenhuisarchitect gewerkt”, vervolgt Willy. “Toen kwam het pensioen in zicht en dacht ik: wat nu? Ik ben van jongs af aan iemand geweest die uitdaging zoekt. Ik heb dan ook altijd gezegd: “ik ga nooit stilzitten”.” Op een gegeven moment komt Willy op het idee om een interieurwinkel te beginnen. Iets wat hij tijdens een vakantie op Bali ook aan zijn vrouw vertelt. “Dat vergeet ik nooit”, vertelt Willy terugdenkend aan dat moment. “Mijn vrouw heeft natuurlijk wel veel met mij meegemaakt, dus die had zoiets van: “jemig waar kom je nou weer mee?”. Maar nadat we het plan goed met elkaar hadden doorgesproken zei ze: “als jij daar gelukkig van wordt, dan moet je dat gewoon doen. Als jij ervoor gaat, dan steun ik je”. Dat moment dat mijn vrouw zei dat ik moest doen wat mijn hart mij ingaf vond ik prachtig. Bij terugkomst in Nederland zijn we gaan kijken naar panden, een maand later heb ik op Bali een heleboel spullen ingekocht en daarna zijn we gewoon gestart.”

“We zaten in een luxe positie”, benadrukt Willy. “Mijn vrouw en ik hebben altijd alle twee hard gewerkt en flink gespaard. We hadden geld op de bank staan waarover we geen rente meer kregen. Dus toen dacht ik: wat doen we er dan mee? Dan kun je het ook investeren. Doordat we allebei dertig jaar binnen de gezondheidszorg hebben gewerkt, hebben we een redelijk goed pensioen en lopen we financieel weinig risico. Ik heb ook niet zoveel met geld. Het is een leuk middel als je het kan besteden, maar het is niet zo dat ik gelukkig word van geld. Je gezondheid is het belangrijkste en als ik zie wat ik nog kan doen dan is dat het mooiste wat er is.”

“Ik noem hen mijn kinderen”

“Nou ja”, zegt Willy even later, “het beste gevoel krijg ik misschien wel van het feit dat ik mijn rijkdom, voor zover ik die heb, deel met anderen. Ik hou niet alles voor mijzelf.” Zo deelt Willy wat hij heeft onder andere met een gezin uit Bali. Hij vertelt hoe dat zo gekomen is: “Ruim vijftien jaar geleden ging ik naar Bali. Daar was een jongen die voor vijf gulden een halve dag met toeristen ging snorkelen. Ik had heel leuk contact met hem. Er was meteen een klik omdat hij vertelde dat zijn vrouw hoogzwanger was, want mijn dochter was ook hoogzwanger in die periode. Op een gegeven moment zei hij: “goh je mag wel een keer bij mij thuis komen kijken”. Dat hebben we gedaan. Die jongen woonde met zijn vrouw in iets wat ik een kippenhok noem. Het was een kamertje van hooguit drie bij vier met een matras op de grond. Verder was er niets. Toen dacht ik: moet jouw kind hier geboren worden? Dan denk je aan je dochter thuis en het feit dat zij alles goed voor elkaar heeft, terwijl deze mensen echt niets hebben. Mijn vrouw en ik hebben elkaar toen aangekeken en toen was het besluit al gevallen: we gaan dit gezin helpen. Dat doen we nu al ruim vijftien jaar. We hebben ervoor gezorgd dat de kinderen naar school kunnen en hebben een huis gebouwd. We zien elkaar elk jaar en inmiddels noem ik hen mijn kinderen en kleinkinderen.”

“Ik probeer mijn kinderen en kleinkinderen op te voeden met de gedachte dat de luxe die wij hier hebben niet altijd voor iedereen is weggelegd. We kunnen zo ontzettend veel leren van andere culturen. Het leert je het leven hier relativeren. Mijn vrouw en ik zijn in India, Nepal, Sri Lanka, Maleisië, Indonesië, Thailand en Afrika geweest. En als we dan weer in Nederland terugkomen dan denk ik: we hebben eigenlijk alleen maar luxeproblemen hier. Buiten gezondheidsproblemen om natuurlijk. Als ik zie met hoe weinig mensen in andere culturen gelukkig kunnen zijn en hoe sociaal mensen zijn naar elkaar, dan denk ik dat wij in dat opzicht maar arme mensen zijn. Hier ken je vaak je buren niet.”

“Nog net zo actief als op mijn twintigste”

De reizen inspireren Willy niet alleen op die manier waarop hij in het leven staat, maar vinden ook hun weg naar de interieurwinkel en zijn ontwerpen voor mensen als hij gevraagd wordt om een interieur een opfrisbeurt te geven. Willy en zijn vrouw kopen namelijk niet alleen in bij Nederlandse importeurs, maar gaan ze één tot twee keer per jaar naar het buitenland om wereldse items aan te schaffen. Zo verkoopt hij schilderijen van diverse kunstenaars uit Bali. Mensen die voor het eerst de winkel binnenlopen en alle exotische interieuritems zien, vragen hem dan ook weleens of Willy veel gereisd heeft. Iets wat hij alleen maar kan beamen. Sterker nog; als hij stoppen met de winkel dan is reizen het enige wat hij nog zou willen doen.

Maar aan stoppen denkt Willy die gemiddeld vijftig uur per week werkt voorlopig niet. Hij gelooft dat hij langer en gezonder blijft door actief te blijven. “Eigenlijk ben ik nog net zo actief als op mijn twintigste. Iedereen heeft zoiets van: “Wat gaaf dat je dit doet!”. Ze zijn heel lovend en vinden het op de één of andere manier heel bijzonder dat je dit doet na je pensioen. Ik snap wel wat ze bedoelen, maar ik vind het zelf niet zo bijzonder. Omdat ik nooit zoiets heb gehad van: ik ga stilzitten na mijn pensioen. Dat is niet iets wat bij mij past. Mijn dochter zei laatst: “ik ben jaloers op je energie”. Als ik stilzit dan is het in Azië met een boek, maar zelfs dan zegt mijn vrouw nog weleens: “zit eens stil!”. Zolang ik gezond ben blijf ik dit gewoon doen. Ik zou iedereen aanraden om actief te blijven. Of je nou een hobby oppakt of vrijwilligerswerk, maar doe wat!”

Pensioen eZine Geluk

> Download het magazine

eZine geluk