De spanning om te kijken wat je naar boven haalt maakt het zeevissen erg leuk

De spanning om te kijken wat je naar boven haalt maakt het zeevissen erg leuk

Gerard (70) werkte in de zeevaart, bij een elektriciteitscentrale en een oliemaatschappij. Na zijn vervroegde pensionering schrijft hij maritieme verhalen en trotseert regelmatig de Noordzee om te gaan vissen.

“Bij mijn laatste baan bij de oliemaatschappij werd mij een regeling aangeboden om vervroegd met pensioen te gaan. Die heb ik aangenomen, maar dat durf ik tegenwoordig bijna niet meer te zeggen. Mensen die nu langer moeten doorwerken zijn snel op hun tenen getrapt als ze horen over mijn vroege pensioen. Maar wat ze niet altijd doorhebben, is dat daardoor mijn plek naar een jonger iemand ging. Het bood dus ook nieuwe kansen voor anderen.

Verse vis vanuit een eeuwenoud wrak

“Zeevissen is één van die hobby’s die ik alleen doe. Om te zeevissen moet je je inschrijven bij een boot. Iedereen die mee wil legt een paar tientjes in en samen met een schipper ga je dan het water op. Meestal vis ik op de Noordzee, de diepste plek is daar zestig meter. Dat is niet erg diep voor een zee, dus het mooiste vind ik dan ook het vissen rondom wrakken. Dat zijn oude schepen die op de bodem van de zee liggen. Met behulp van een scanner weet de schipper of je boven een wrak ligt met de boot. Bij een wrak vang je altijd meer, bijvoorbeeld zeebaars en kabeljauw. De vissen die je vangt mag je mee naar huis nemen.

Twee jaar geleden is mijn vaste vismaat overleden. Ik mis hem, we konden leuk praten met elkaar tijdens het vissen. Nu vis ik wel met andere mensen, maar ik ben nog steeds op zoek naar een vaste vismaat. Toch ga ik nog wel zo vaak mogelijk zeevissen. Ook al kost het geld om mee te gaan met een boot, dat is het meer dan waard.”

Gek op makreel

“Een goeie hengel met een molen is belangrijk voor iedereen die wil zeevissen. Daarbij horen speciale lijntjes voor elke vissoort en verschilt het of je er haken of veertjes aan hebt. Het is een vak apart. Door praktijkervaring leer je het. Zo weet ik nu bijvoorbeeld dat als je een makreel uit het water haalt, er dan stront mee komt. Dus een oude broek kan nuttig zijn!

De spanning om te kijken wat je naar boven haalt maakt het zeevissen erg leuk. Daarbij komt dat je vangst heel lekker kan zijn om op te eten. Makrelen en kabeljauwen zijn erg gretig, die gaan snel op je aas af. Iedereen kan die soorten vangen. Ik ben gelukkig gek op makreel. Makrelen rotten snel, je moet ze tijdens het varen op de terugweg naar de kade al schoonmaken en in ijs leggen.”

Voorliefde voor de Nederlandse Taal

“Het zeevissen en mijn oude baan als scheepswerktuigbouwkundige in de zeevaart bieden een hoop inspiratie voor mijn andere grote hobby: het schrijven van maritieme verhalen. Ik heb verschillende boeken geschreven, ze zijn een combinatie van fictie en non-fictie. De boeken zijn gebaseerd op dingen die ik heb meegemaakt.

Zo schreef ik over een schipbreuk die ik heb meegemaakt in 1967 met de ertstanker Jacob Verolme en schreef ik over zeevissen en drugssmokkel. Het idee van die drugssmokkel ontstond omdat veel in het nieuws was dat er drugs gesmokkeld werd bij Goeree Overflakkee, het Zuid-Hollandse eiland vlakbij mijn huis.

Ik heb een voorliefde voor de Nederlandse taal, misschien komt dat wel doordat mijn vader vroeger al voor de krant schreef. Door schade en schande ben ik wijs geworden in het schrijven van boeken. Ik probeer altijd goed in mijn achterhoofd te houden voor welk publiek ik een boek schrijf. Het schrijven doe ik vooral omdat ik het leuk vind, niet omdat ik er rijk van wil worden. Het afgelopen halfjaar heb ik lopen piekeren over het volgende verhaal dat ik wil schrijven, en vannacht was ik er ineens uit! Daar ga ik het komende jaar mee bezig.”

Tekst: Sophie Louise de Groot

Tijd voor andere dingen

Toen ik met pensioen ging, kreeg ik meer tijd voor andere dingen. Vanuit mijn werkgever boden ze een pensioencursus aan, maar daar wilde ik niet aan meedoen. Ik vermaak me wel, dacht ik. Gelukkig bleek dat zo te zijn. Mijn vrouw en ik hebben altijd al een groentetuin gehad en ik hou van zeevissen en het schrijven van maritieme verhalen. Regelmatig trek ik Zeeland in om te gaan fietsen. Drinken en een boterham mee en dan heel wat kilometers maken. Mijn vrouw houdt daar niet van, het is haar te ver. We laten elkaar vrij, verdelen de taken in het huishouden en hebben gemeenschappelijke hobby’s en eigen hobby’s. Inmiddels ben ik heel wat jaren met pensioen en het gaat nog steeds goed, dus dat lijkt me een goed teken!”